Z7_99H0H382LO7R60AH5J4SND2482
De WBR kent twee inbrengvrijstellingen:
1) de inbreng in een bv (hier besproken);
2) de inbreng in een firma (zie ovb-312 Inbreng in personenvennootschap).
De verkrijging door een bv van een onroerende zaak als component van een in haar geheel ingebrachte onderneming is vrijgesteld van OVB, art. 15 lid 1 onderdeel e onder 2 WBR. Inbreng (tegen uitreiking van aandelen) moet nadrukkelijk worden onderscheiden van verkoop (creditering). Ter zake van de inbreng mag voor maximaal 10% worden gecrediteerd
Heeft u nog geen account op MFAS? Dan dient u zich eerst te abonneren om deze pagina volledig te kunnen zien.
AbonnerenHeeft u al een account op MFAS? Dan dient u eerst in te loggen om deze pagina volledig te kunnen zien.
Inloggen